Mogen extra ontdekkingen gemeld worden?

Mogen extra ontdekkingen gemeld worden aan iemand die zelf Preventief Gezondheidsonderzoek aanvraagt?

Stichting Cliëntenbelangen Preventief Gezondheidsonderzoek (SCPG) vindt dat iedere burger, die bewust en vrijwillig kiest voor preventief gezondheidsonderzoek, het recht moet hebben op het vernemen van alle onderzoeksresultaten, zonder dat die met derden worden gedeeld. In de nieuwe Wet op het Bevolkingsonderzoek, die waarschijnlijk ingaat per 1 januari 2022, staat echter dat een arts van een bedrijf dat zich met preventief gezondheidsonderzoek bezig houdt, in principe niet mag vertellen tegen de cliënt dat er iets ergs gevonden is. Dit wordt ook wel een nevenbevinding genoemd. Lilian Ploumen (PVDA) dient een amendement in…


Wat is de SCPG?

De Stichting Cliëntenbelangen Preventief Gezondheidsonderzoek (SCPG) heeft geconstateerd dat preventief gezondheidsonderzoek nog maar zeer beperkt in het reguliere zorgaanbod is opgenomen. De stichting heeft als doel om voor burgers de weg open te houden naar kwalitatief goed preventief gezondheidsonderzoek, en wel voor iedere burger als het gaat om keuze, toegankelijkheid, verkrijging en eigendom van de resultaten uit preventief gezondheidsonderzoek. Iedere burger heeft het fundamentele recht over zijn eigen leven te beschikken. SCPG richt zich in het bijzonder op het wetsontwerp van de Wet op het Bevolkingsonderzoek, waarin onderdelen staan, die niet overeenkomen met de doelstelling van de Stichting.

Burgers moeten het recht hebben om zelf over hun onderzoeksresultaten te beslissen

De Stichting Cliëntenbelangen Preventief Gezondheidsonderzoek vindt dat iedere burger het recht moet hebben op het vernemen van alle onderzoeksresultaten, zonder dat die met derden worden gedeeld. Dit geldt ook voor degene die bewust en vrijwillig kiest voor preventief gezondheidsonderzoek, en uiteraard ook als die persoon een uitslag krijgt van een bevinding waar niet bewust naar is gezocht. Dit wordt ook wel “een nevenbevinding” genoemd.

Artsen mogen niet vertellen wat ze per ongeluk ontdekt hebben

In de eerste versie van het wetsontwerp was al opgenomen dat een screeningsarts zo’n nevenbevinding slechts mag melden aan de cliënt, indien de arts een gewetensbezwaar zou krijgen als hij/zij het niet zou melden. Wij vonden dat al een onlogische zinsnede, wetende dat de cliënt bewust heeft gekozen voor een preventief onderzoek. De vigerende (en de nieuwe) richtlijn “Preventief Medisch Onderzoek” schrijft terecht voor dat alle afspraken tussen de arts (screeningsbedrijf) en de cliënt tevoren volledig worden vastgelegd, inclusief het melden van een nevenbevinding.

Nu heeft de staatssecretaris echter een wijziging in het wetsvoorstel aan de Kamer voorgelegd, dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg het volledige inzicht kan verkrijgen in de onderzoeksresultaten van de uitgevoerde screening. Dit ondanks de schriftelijke afspraak tussen arts en cliënt, ondanks de strenge privacywetgeving in Nederland, en ondanks het beroepsgeheim van de arts. Het doel is duidelijk: indien de Inspectie (de overheid dus) van mening is dat de arts ten onrechte een nevenbevinding heeft gemeld, zal de arts daarvoor beboet worden, of erger. Het resultaat zal zijn dat artsen deze nevenbevindingen waarschijnlijk nooit meer gaan melden. Dit mag uiteraard niet gebeuren.

Het is des te vreemder als we bedenken dat artsen bij een commerciële/professionele screeningsorganisatie dat veelal parttime doen. Bijvoorbeeld 2 dagen per week. De andere dagen werkt de arts meestal bij een regulier ziekenhuis. De kronkel is dan dat die arts bij een regulier onderzoek in een ziekenhuis wettelijk verplicht is alle uitkomsten van een onderzoek aan de patiënt te melden, verwachte en onverwachte bevindingen. Dan zal dus dezelfde arts juist onjuist handelen als hij/zij een nevenbevinding niet zou melden. Wij zullen ons ten zeerste inspannen deze onterechte bemoeienis van de overheid te voorkomen. In dat kader zullen wij onze visie opnieuw melden bij de leden van de vaste Kamercommissie VWS.

Nieuwe richtlijn Preventief Medisch onderzoek

De  Stichting Cliëntenbelangen Preventief Gezondheidsonderzoek neemt deel aan de klankbordgroep voor de opstelling van een nieuwe richtlijn Preventief Medisch Onderzoek. Ook daar zullen zij ook hun visie aangeven.

De staatssecretaris heeft recent de concept-wet op een aantal onderdelen aangepast en heeft deze nieuwe versie voor advies voorgelegd aan de Raad van State. De verwachting is dat de wet komend voorjaar gereed is voor besluitvorming. Het ziet er naar uit dat de Wet op het Bevolkingsonderzoek ingaat per 1 januari 2022. Tenminste…. als alles gaat volgens plan. Nu er een demissionair kabinet is, is het de vraag of deze planning wordt gehaald.

De  Stichting Cliëntenbelangen Perventief Gezondheidsonderzoek zal zo actief mogelijk trachten te sturen naar een goede wet.

Amendement Ploumen

Met deze stelling staat de Stichting Cliëntenbelangen Perventief Gezondheidsonderzoek gelukkig niet alleen. Hierbij het  gehele amendement met Toelichting af dat Kamerlid Mevr. Ploumen in januari 2021 heeft ingediend, en dat ook dit onderwerp raakt.

In artikel IV, onderdeel A, onder 2, wordt het met onderdeel G voorgestelde artikel 9a als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt het woord “niet”, wordt na “betrokkene” ingevoegd “of diens huisarts” en wordt “tenzij dit noodzakelijk is gelet op het nadeel dat uit het niet melden voor de betrokkene zelf of anderen kan voortvloeien” vervangen door “tenzij betrokkene te kennen heeft gegeven geen inlichtingen te willen ontvangen, als bedoeld in artikel 449 van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek”.

2. In het tweede lid vervalt het woord “niet” en wordt na “betrokkene” ingevoegd “of diens huisarts”.

Toelichting

Dit amendement beoogt dat nevenbevindingen bij bevolkingsonderzoek, die kunnen wijzen op ernstige aandoeningen wel worden gemeld aan betrokkene of de huisarts, zodat vervolgonderzoek mogelijk is. In het wetsvoorstel staat nu dat de aanbieder alleen hoeft te melden waarvoor vergunning is verleend. Dat betekent dat wanneer een röntgenoloog bij een vrouw bij een bevolkingsonderzoek borstkanker op de mammografie ziet dat er vergrote lymfeklieren zijn of dat een implantaat is gescheurd of lekt waardoor de vrouw risico loopt op de ernstige ziekte ALCL (anaplastic large cell lymphoma), hij/zij dit niet hoeft te melden omdat hij/zij immers alleen een vergunning heeft om te screenen op borstkanker. Natuurlijk is er een risico dat een vrouw ten onrechte ongerust wordt gemaakt wanneer zij voor vervolgonderzoek naar de huisarts moet gaan. Maar met voldoende goede voorlichting acht indiener vrouwen in staat zelf de afweging te maken om over te gaan tot vervolgonderzoek. Te meer daar niet melden van nevenbevindingen ernstige gevolgen kan hebben.

Ploumen